Zondag 23 juli 2017:
- Borkum – Norderney, 20 mijl, 706 mijl totaal.
- Vertrek 0900 uur, aankomst 1300 uur
- Wind: W5
- Weer: onbestendig, buien, ook wat zon, 19 graden
Toen we om 745 opstonden woei er een beste wind in de haven. We vertrokken om 900 uur met WZW 4-5. Onder het eiland nam die in kracht af, om later op de Ooster Eems tot een goede vijf toe te nemen. Zwarte luchten kwamen ons achterop, en twee buien, waaronder één met wat onweer, kwamen over ons heen. Niet heel erg en heel veel extra wind zat er ook niet in.
Met een boot of zes vertrokken we ongeveer op hetzelfde moment. Uiteraard vanwege het tij. Je vertrekt hier meestal zo’n beetje met half tij. We voeren langs de prikkenstraat van het wantij van Borkum, dat overigens weer teruggelegd is naar de oude route van het begin van de eeuw, namelijk vlak langs de oostpunt van het eiland, waar de geul diep en het strand dichtbij is. Dat staat garant voor een groep zeehonden. Prachtig gezicht, je vaart er op 20 meter langs, oude en jonge zeehonden, en ze geven geen krimp.
We voeren op de kluiver langs het langgerekte eiland Juist met zijn enorme Kurort, over het diepe wantij van het Memmert Wattfahrwasser (minimaal 3,5 meter bij HW), door het relatief rustige zeegat van Norderney, waar de boeien ook behoorlijk anders lagen dan twee jaar geleden.
De haven van Norderney is altijd vol in het seizoen en je moet dus aan de kade liggen, met ruim 3 meter verval. Dat betekent met LW 3 meter een ladder opklimmen. En bij HW gewoon afstappen op de kade. Vermeldenswaard is dat de supermarkt op loopafstand van de haven gerenoveerd en aanzienlijk uitgebreid is. Erg fijn! We moeten er alleen nog even aan wennen dat in Duitsland er ’s middags nergens meer vers brood te krijgen is. Gelukkig kun je bij de haven voor de volgende ochtend verse broodjes bestellen! ’s Middags bleef het af en toe een beetje druppelen, maar de buien doofden ’s avonds allemaal uit. Morgen varen we verder.


































